Kostprijsonderzoek: geen grote tekorten inname en verwerking textiel
Een kostprijsonderzoek door KPMG, in opdracht van Stichting UPV Textiel, toont aan dat er in 2024 niet of nauwelijks sprake is van financiële tekorten bij de inzameling, opschoning en sortering van afgedankt textiel. De resultaten bevestigen dat de Textielbeheerbijdrage, die producenten afdragen in het kader van de UPV Textiel, niet nodig is om grote tekorten in de keten op te vangen. Wel is deze Textielbeheerbijdrage essentieel om innovatie te versnellen en prestatiegerichte incentives mogelijk te maken die nodig zijn richting de wettelijke circulaire doelen.

Representatief kostprijsonderzoek
In januari sloten Stichting UPV Textiel en brancheorganisaties (NVRD, BKN en VHT) een hoofdlijnenakkoord met garantievergoedingen voor textielinzameling en verwerking in 2025. Deze vergoedingen zijn gebaseerd op een raming van de kostprijzen voor de inzameling, opschonen en het sorteren van textiel voor hergebruik en recycling. De raming wees op tekorten bij alle activiteiten, maar was niet gevalideerd met boekenonderzoek. Daarom is met dienstverleners afgesproken een kostprijsonderzoek over 2024 uit te voeren. De resultaten geven inzicht in werkelijke kosten en opbrengsten per activiteit en helpen de stichting om gerichter te werken aan circulaire doelstellingen.
KPMG heeft voor het onderzoek gebruik gemaakt van administratiegegevens van dienstverleners die samen meer dan 60% van het totale volume vertegenwoordigen. De data zijn aangeleverd en gevalideerd door de betrokken partijen. Dit maakt het onderzoek representatief en geeft een feitelijk, betrouwbaar en genuanceerd beeld van de kosten en opbrengsten in de textielketen. “Op basis van gevalideerde data biedt het onderzoek een solide fundament, als één van de inzichten, voor toekomstige beleidskeuzes in de textielketen”, aldus Sikko Bruinsma, partner bij KPMG.
Belangrijkste uitkomsten
Het kostprijsonderzoek laat zien dat er in 2024 niet of nauwelijks sprake was van tekorten op verschillende activiteiten in de textielketen:
- Geen tekort: inname en opschoning via inzamelcontainers (+€0,01/kg)
- Positieve opbrengst: inpandige inname bij kringloopwinkels (+€0,26/kg)
- Klein tekort: basissortering in kringloopwinkels (-€0,04/kg) en fijnsortering (-€0,03/kg) in Nederland.
- Buitenlandse sortering: simulatie op basis van een verschil in loonkosten laat zien dat sorteerbedrijven in het buitenland een positieve netto kostprijs (meer opbrengsten dan kosten) hebben.
Daarnaast blijkt dat het gewogen gemiddelde niet voor alle dienstverleners geldt: er is spreiding in de netto kostprijzen tussen individuele dienstverleners. Dienstverleners die aan het onderzoek hebben deelgenomen, ontvangen een individueel rapport van KPMG met inzicht in hun eigen cijfers ten opzichte van de gewogen gemiddelde kostprijs van de activiteit die ze uitvoeren.
Impact op vergoedingen en beleid
Volgens de resultaten van het kostprijsonderzoek is de Textielbeheerbijdrage van producenten niet nodig om grote tekorten in de keten te dekken. Wel blijft de bijdrage noodzakelijk om circulaire doelen te realiseren. Een groot deel van deze bijdrage zal verderop in de keten moeten worden aangewend om innovatie te versnellen om het gat naar de UPV-doelen te dichten.
De Stichting werkt momenteel aan een vergoedingenstructuur voor 2026, gebaseerd op de wettelijke doelstellingen, actuele marktsignalen en de inzichten van dit onderzoek. Hierin worden de kostprijzen geactualiseerd met indexen voor loonstijging, inflatie en een verwachte daling van afzetprijzen. Ook komen er contracten met de grote internationale sorteerders, die al jaren op een efficiënte manier een groot deel van het Nederlandse textiel sorteren en bijdragen aan de circulaire keten. Prestatiegerichte financiële prikkels moeten dienstverleners helpen om te verbeteren en te innoveren en daarmee concrete stappen te zetten richting de jaarlijks stijgende UPV-doelstellingen.
Vervolg
Stichting UPV Textiel wil het kostprijsonderzoek elke 3 tot 4 jaar herhalen en jaarlijks actualiseren waar nodig. Dit stelt de producentenorganisatie in staat om op basis van actuele data gericht te werken aan een meer circulaire textielketen samen met haar partners.